dinsdag 7 juli 2009

Schuilen

Wie mij ‘n beetje volgt, weet dat ik dagelijks vanuit mijn huis naar de bieb loop, om daar in kranten te neuzen naar wat ik wellicht nog aan actualiteiten gemist kan hebben. Favoriet dagblad: Trouw, dat de taak van verdwenen of ‘hervormde’ kranten als De Tijd en de Volkskrant heeft overgenomen, waar het gaat over de evolutie van de roomsigheid. Bij voorbeeld, een of andere onderzoeker, die vaststelt dat vooral gewezen katholieken op de PVV stemmen. Curieus, ik ben zo’n afvallige (heb me in de jaren zeventig van de vorige eeuw, tot ergernis van een gemeenteambtenaar nadrukkelijk laten uitschrijven), maar Wilders? Toch maar niet.schuilen

Dat heen en weer lopen naar de bieb, 2 x 2 kilometer voor de broodnodige beweging van een bejaarde, is – geloof het of niet - ‘n soort verslaving geworden.

Vanmiddag was het tussen de buien door. Blaasjesregen, felle zonneschijn, gevolgd door een wolkbreukje met af en toe een donderklap. Zie ook Buïige laatste kermisdag. Op de terugweg, was ik genoodzaakt te schuilen in een carport aan de Ketelbraken, naar mijn indruk vanuit de ooghoeken, enigszins besmuikt gadegeslagen door de bewoner/eigenaar. Ik heb daar toch wel twintig minuten gestaan, geen moment met het idee, dat ik – vergeleken met de inzittenden van passerende auto’s – niet meer van deze tijd was.

Ouderwets schuilen dus en als vanzelf doken de herinneringen op aan mijn moeder. Tegenover ons huis in Ginneken, stond een zevental reusachtige kastanjebomen. Op zo’n regenmoment als vanmiddag, stapten daar twee seminaristen af, priesterstudenten van het Groot Seminarie te Hoeven, die dus al in soutane waren en vanwege die rokken ook gebruik maakten van damesfietsen.

Mijn moeder, altijd tuk op gezelligheid, afwisseling en dus ook op onverwachte visite, aarzelde geen moment en nodigde de schuilende jongemannen uit op de thee.

Daar stond ik aan te denken, in de zin van ‘dat waren nog eens tijden’. Het begon al wat lichter te worden, toen de voordeur van het huis aan de Ketelbraken open ging en de bewoonster deed, wat mijn moeder jegens die seminaristen deed: mij uitnodigen binnen te komen. Hierdoor was mijn middag helemáál goed. Ik bedankte beleefd, ook voor het mogen schuilen onder de carport en liep aan.

Tijden en mensen veranderen, maar toch niet in alle opzichten.

Buïige laatste kermisdag

Geen opmerkingen:

Een reactie posten